
Veel mensen die op zoek gaan naar hun afstamming doen dat vaak omdat ze de illusie, hoop of aanwijzing hebben van een beroemd iemand of van adel af te stammen. Hele groepen mensen willen en/of kunnen aantonen dat zij van Karel de Grote afstammen; er zijn zelfs speciale nieuwsgroepen (Charlemagne) voor. Soms stamt iemand inderdaad af van een adellijk persoon, maar vaker is dat niet het geval. Ook in onze eigen familie ging het gerucht dat we van lage Poolse landadel of zelfs van zigeuners afkomstig zouden zijn. Tot op heden komen we niet verder dan ene Johannes Löder, kleermaker en soldaat, die ongeveer in 1622 werd geboren en op 2 november 1708 in Braunfels werd begraven. Kortom, geen zigeuners, geen adel, geen Poolse afstamming.
Een andere reden waarom mensen aan stamboomonderzoek beginnen is de hoop achter een familiewapen te komen. In Nederland is een ieder vrij een (familie)wapen aan te nemen en te voeren, mits men niet onzorgvuldig handelt ten opzichte van anderen, die een bepaald familiewapen al voeren. In Nederland zijn er meer burgerlijke- (ca. 45.000) dan adellijke wapens (ca. 600). Het recht in Nederland van het voeren van een wapen kan men een gewoonterecht noemen. Wat wil zeggen dat men een bestaand wapen niet mag aannemen en voeren, tenzij men kan aantonen dat men in rechte lijn afstamt van de persoon die het wapen als eerste voerde. Het aannemen en voeren van een wapen van een nog bestaande familie is strafbaar gesteld in het Burgerlijk Wetboek (art 6:162, voorheen art 1401) als zijnde een onrechtmatige daad.
Er zijn in de tijd dat ik onderzoek naar onze familie doe sinds 1995 maar twee momenten geweest waarbij sprake was van een vermeend Lether familiewapen. Een familielid bracht een wapen in met daarin veel Griekse zuilen (er stond geen familienaam bij) en een tweede was van wijlen mijn vader die dacht -volgens zijn herinnering- dat het er zo (links) zou hebben uitgezien. Hij herinnerde zich geen kleuren. Jaren later werd dit wapen ter opfleuring gewijzigd door het inwisselen van één roos (of lelie) en één molen door er een leeuw uit het wapen van de stad Brummen en een Nassause leeuw in op te nemen (plekken waar onze familie vandaan komt) en e.e.a. van kleur te voorzien (wapen midden).

Die leeuwen en kleuren werden door een familielid aangebracht zonder -net als ik- over enige kennis van heraldiek te beschikken. In dit geval is er volgens de experts sprake van een fantasie wapen. Het wapen is weliswaar fraai ingekleurd, maar een bewijs van wapenvoering door onze voorvaderen was en is er niet. Wanneer je serieus stamboomonderzoek doet en een wapen wilt dan wel er een denkt te hebben gevonden, dient dat wapen wel aan alle heraldische eisen te voldoen.
In 2015 vroeg ik -de in 2020 overleden- heraldicus Hans Nagtegaal van Heraldisch Bureau Nagtegaal in Delft. Hij was voorheen in dienst van het Centraal Bureau voor Genealogie (CBG). In 2015 werkte hij als zelfstandige nog voor het CBG en de Hoge Raad voor Adel. Iemand die er verstand van heeft dus. Hij bestudeerde bovenstaande wapens en noemde het een fantasie wapen. Bovendien is zo’n vierengedeeld wapen niet toegestaan, althans niet in ons geval. Dat kan alleen wanneer je in jouw wapen dát of een deel van het wapen van een of meerdere voorouders van beide zijden opneemt. Welnu, bij de voorouders heb ik geen wapen gevonden en onderzoek ik niet de vrouwelijke kant van de familie. Daarmee vervloog mijn hoop op een gevierendeeld wapen met molen, lelie/roos, trommel en schaar. Adviserend zei hij dat het een heraldisch gebruik is om in een familiewapen het beroep of beroepen van de eigenaars danwel voorouders op te nemen.
Welnu, kijkend naar de eerste generaties van onze familie zien we:
I Johannes Löder - kleermaker en soldaat
IIa Johannes Löder - soldaat-trommelslager
IIb Martin(us) Löder/Leder - soldaat-tamboer
IIc Georg Daniël Löder/Loether - organist in Greifenstein
IIc2 Johann Henrich Loeder - musicus en voormalig assistent-stadspijper
IIIa Martin Löder – trommelslager
IIIb Caesar Christian Christoph Löder/Läder/Leder - Bij de diverse doopinschrijvingen van zijn kinderen wordt hij genoemd: hoboïst 1735 + 1737, hof musicus en lakei 1741, hof- en stadsmusikant 1742, musicus 1742 + 1744, stadsmusicus 1746, 1749, 1750, 1753, 1767; Thürner (?) en musicus 1750 in Weilburg.
IVa Georg Henrich Löder – garnizoenstamboer
en tenslotte de eerste Löder die naar Nederland komt en de stamvader is van de Nederlandse en Amerikaanse Lether’s:
IVb Heinrich Daniël Loeder/Löther/Leether/Lether - dagloner
Wat uit deze opsomming van beroepen opvalt, zijn het eerste beroep, kleermaker en daarna dat men veel met trommels van doen had.  Dit inspireerde hem om na een 3-tal conceptversies met dit -door mij als aanvrager goedgekeurde- resultaat te komen.

Het is in de heraldiek zeer gebruikelijk om een wapen ook te beschrijven, men noemt dat blazoeneren. De beschrijving van ons nieuwe familiewapen luidt:
Wapen: kepersgewijs doorsneden
A: in blauw twee gouden trommels met rode randen, zilveren huiden en zwarte touwen;
B: in goud een geopende blauwe schaar.
Helmteken: een uitkomende aanziende gouden leeuw, rood getongd en genageld, een omgekeerde gebladerde tak met vier vruchten, alles groen, in zijn rechter opgeheven klauw houdend.
Dekkleden: blauw, gevoerd van goud.
Een wapen bestaat uit een erfelijk of in wezen onveranderlijk, gekleurd onderscheidingsteken te zien op een schild. Dit schild kan vervolgens worden aangekleed met een schilddekking in de vorm van een helm, dekkleed en helmteken.
We zien in het wapen een kleermakersschaar terugkomen en een tweetal trommels. Ook wilde ik iets van herkenning voor Brummen en Nassau d.m.v. de leeuwen. Heraldisch is daar een mooie oplossing voor gevonden. Op de helm een Nassause leeuw die in zijn klauw een omgekeerde gebladerde tak met vier vruchten, alles in groen houdt, zijnde de link met Brummen.
Tenslotte vond er enige discussie plaats over de schrijfwijze van onze familienaam, met één ‘e’ en met twee ‘e’s’. Hijzelf vindt deze oplossing de minst mooie. Beide namen was geen optie. Hij adviseerde de naam van de aanvrager onder het wapen te zetten en in de tekst van het bijbehorende certificaat van echtheid dat ook de dragers met de naam Leether / Löther dit wapen mogen voeren. Dus officieel met een 'e' en in de beschrijving op het certificaat en op de rest van de site met één en twee 'e''s. Dat vond ik niet galant voor die familieleden, zodat ik toch voor deze oplossing heb gekozen.
Terug naar het blazoeneren. In de heraldiek zijn er twee opvattingen van kleur. In de enge betekenis zijn de kleuren de vier donkere kleuren: azuur, sinopel, sabel en keel. Dit is in tegenstelling tot de metalen en de pelswerken. In deze betekenis heet een kleur een email. In de ruime betekenis zijn de kleuren de emails, de metalen en de pelswerken bij elkaar. In deze betekenis heet een kleur een tinctuur. De namen van de kleuren en de door Silvester Petra Sancta in zijn 'systeem' voorgeschreven weergave ervan in een zwart-wit tekening zijn:
Emails:

· keel (rood, weergave d.m.v. verticale arcering)
· sinopel (groen, weergave d.m.v. diagonale arcering links boven - rechts onder)
· sabel (zwart, weergave in effen zwart of d.m.v. horizontale en verticale arcering)
Metalen of tincturen:

· argent (zilver of wit, weergave in effen wit)
Pelswerken:

· vair (eekhoornbont, getekend als zilver en azuur, als afgebeeld)
Variaties daarop:
- goudhermelijn (goud met zwarte staartpunten)
- tegenhermelijn (zwart met zilveren staartpunten)
- tegengoudhermelijn
- tegenvair (zilver en azuur verwisseld)
- paalvair
Andere kleuren:

· purper (weergave: diagonale arcering links onder - rechts boven)
· oranje (weergave: als voor rood plus goud, dus verticale arcering, afgewisseld met puntjes)
· bruin (weergave: verticale arcering plus diagonale arcering links onder – rechts boven)
Deze kleuren komen in wapens voor, maar behoren niet tot de heraldische kleuren.
Conventies
De goede leesbaarheid van op een afstand door de heraut is het uitgangspunt voor het ontwerp van een wapen. Daarvoor golden belangrijke spelregels:
· de basiskleuren (azuur, keel, sabel en sinopel) mogen elkaar niet raken in een wapen met daarbij geen kleur op kleur
· geen combinatie van kleuren van dezelfde soort: een metaal mag niet met een metaal gecombineerd worden, een email niet met een email. Het is dus bv. niet correct om een Lelie van 'or' op een veld van 'argent' te plaatsen.
Bij het concept van een wapen golden vroeger belangrijke afspraken. Ongehuwde vrouwen en weduwen hadden in de Nederlanden en in Duitsland een ruitvormig schild.
De volgende stap is een wapenregistratie, het feitelijk deponeren van het wapen op een openbare plaats zodat anderen daar kennis van kunnen nemen. Het copyright is van kracht en geeft bescherming. Tevens voorkomt het dat dezelfde of bijna dezelfde wapens ontworpen worden. Dit zal worden gedaan in de Heraldische Databanken van het Heraldisch Bureau Nagtegaal, het Centraal Bureau voor Genealogie en Wazamar Heraldische Wapenregisters in de Nederlanden. Met registratie verkrijg je een certificaat waarop niet alleen staat wie de opdrachtgever is maar ook welke personen het wapen mogen voeren. Dat is wat mij betreft iedereen die van bovengenoemde Johannes Löder afstamt, of zoals het officieel staat beschreven:

Bijna iedereen die -net als ik- afstamt van Johannes Löder en Heinrich Daniel Loeder /Löther/Leether/Lether heeft hierbij toestemming dit familiewapen (in ongewijzigde vorm) te mogen voeren. Doe er mee wat je wilt. Druk het af. Lijst het in, gebruik het als ex-libris, op je briefpapier of laat er een zegelring of een deurmat van maken.

